Dit artikel wordt u aangeboden door Triodos Investment Management.

Hoe beleggers extreme rijkdom kunnen beperken

In een tijd waarin de kloof tussen arm en rijk snel toeneemt, wint limitarisme – het concept van een limiet aan extreme rijkdom – aan populariteit. Een belangrijke voorvechter van dit concept is filosoof en econoom Ingrid Robeyns. Zij stelt dat extreme rijkdom niet nodig is voor een gelukkig leven en zelfs schadelijk is voor de samenleving. Beleggers en financiële instellingen spelen een cruciale rol in dit thema. Zij hebben de macht om economische structuren te beïnvloeden en zo de groeiende groep extreem rijken te beteugelen.  

In de podcastserie Inside Impact Investing bespreekt Robeyns haar boek Limitarianism: The Case Against Extreme Wealth met hoofdeconoom van Triodos Bank Hans Stegeman. Ze legt uit waarom extreme rijkdom een moreel en economisch probleem is. “Het geeft individuen een buitenproportionele hoeveelheid macht, waarmee ze beleid kunnen beïnvloeden en politieke besluiten kunnen sturen”, legt Robeyns uit, “en daarom tast het de fundamenten van een samenleving aan. We denken dat het normaal is om eindeloos kapitaal of privébezit te hebben, maar dat is het niet.” 

Veel 'vuil geld'

Naast macht is er een ander probleem. Extreme rijkdom ontstaat vaak op onethische wijze. Dat noemt Robeyns ‘vuil geld’. Veel rijkdom komt voort uit praktijken zoals belastingontduiking, monopolistische bedrijfsmodellen en onrechtvaardigheden uit het verleden. “Als je geld besmet is door de uitbuiting van tot slaaf gemaakte mensen, zoals rijkdom van koloniale uitbuiting, dan is dat het meest verwerpelijke geld dat je kunt bezitten”, zegt ze. 

Robeyns spreekt zich ook uit tegen het neoliberale idee dat (financieel) succes altijd het resultaat is van eigen inspanning. “Geluk speelt een enorme rol in ons leven, maar we ontkennen dat vaak,” merkt ze op. “Veel miljardairs vergaarden hun rijkdom door marktdominantie, erfenissen of toevallige investeringen – factoren die niet per se persoonlijke verdienste weerspiegelen.” 

De rol van investeerders en de financiële sector 

Robeyns ziet dat de financiële sector op dit moment de ongelijkheid vooral in stand houdt. “Deze sector bedient de rijken veel beter dan de armen,” zegt ze. “Rijke mensen krijgen bijvoorbeeld hun eigen privébankier om ervoor te zorgen dat ze hun rijkdom verder vergroten, of in ieder geval behouden. Het systeem houdt extreme rijkdom in stand.” 

Beleggers hebben een morele verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat hun kapitaal niet bijdraagt aan extreme rijkdom. Ethische beleggingsstrategieën, zoals bedrijven selecteren met een eerlijk beloningsbeleid en het mijden van uitbuitende sectoren, dragen hier positief aan bij. 

Hans Stegeman vult aan: "Triodos Investment Management kijkt bijvoorbeeld altijd naar de beloning van CEO's bij beursgenoteerde bedrijven. Als het salaris te hoog is, sluiten we die bedrijven uit." 

Hij erkent dat dit nadelen kan hebben. "Soms is het niet goed voor je eigen zaken. Maar dat is geen reden om het niet te doen. De financiële sector moet zich wat vaker afvragen: We kunnen het doen, maar móéten we het ook doen?" 

Grens van 10 miljoen euro 

Een van de meest opvallende ideeën in het betoog van Robeyns is de vermogenslimiet. Ze keek hiervoor naar studies in Nederland en het Verenigd Koninkrijk. “Hoewel mensen het niet eens zijn over de hoogte van zo'n limiet, is bijna iedereen het erover eens dat er een grens moet zijn,” aldus Robeyns. 

Robeyns suggereert zelf een grens 10 miljoen euro. "Ik had liever geen specifiek bedrag genoemd,” geeft ze toe. "Maar anders zouden mensen zeggen: ik ben het ermee eens, laten we het op 1 miljard zetten." 

Ze benadrukt dat dit bedrag een startpunt is voor discussie. "Ik denk bijvoorbeeld dat er ook een morele grens is. Hoeveel heb je als individu echt nodig? Ik denk dat die grens eerder 1 miljoen euro zou moeten zijn." 

Politieke en economische haalbaarheid

De vervolgvraag is: hoe vertaal je het idee van limitarisme naar de praktijk? Het grootste probleem daarbij is dat rijke mensen hun geld gemakkelijk naar andere landen kunnen verplaatsen om belasting te ontwijken. Robeyns vindt dan ook dat landen hier gezamenlijk strengere regels voor moeten maken. "Een recent belastingrapport laat zien dat nieuwe regels, voor een minimale belasting van 15%, nu al op allerlei manieren omzeild kunnen worden," waarschuwt ze. "Als we de kern van het probleem niet aanpakken, blijft dit doorgaan." 

Mogelijke oplossingen zijn hogere belastingen op erfenissen en vermogen, internationale samenwerking om belastingparadijzen af te schaffen, strengere financiële controle en ethische investeringen door financiële instellingen. "Het is ongelofelijk dat we de controle over de rijksten van de wereld zomaar hebben opgegeven", zegt ze. 

Economische ongelijkheid is geen excuus

Robeyns benadrukt dat limitarianisme niet bedoeld is om rijke mensen te straffen. Het gaat om een eerlijkere verdeling van rijkdom. “We moeten alle belangen afwegen en voorkomen dat we in een positie terechtkomen waarin we winstmaximalisatie boven alles stellen,” stelt Robeyns. Ze noemt de oprichter van Patagonia, Yvon Chouinard, als voorbeeld. Bij het inrichten van zijn bedrijf, gaf Chouinard prioriteit aan ethische overwegingen boven winstmaximalisatie voor aandeelhouders. 

Met z’n allen moeten we de vraag stellen: vinden we onbeperkte rijkdom normaal? Economische ongelijkheid komt wereldwijd voor. Het is in dat opzicht de ‘normaalste’ zaak van de wereld. Robeyns: "Maar dat is geen excuus om er niets aan te doen."

Lees ook: