De beurzen vinden de overgangsperiode na de pandemie maar zwaar. Nu het economisch herstel aanbreekt, brengt dat problemen met zich mee.
De economische vraag is toegenomen, maar het aanbod is achtergebleven vanwege knelpunten in de toeleveringsketen en op de arbeidsmarkt. De prijzen zijn hardnekkiger gestegen dan verwacht. Niettemin is het waarschijnlijk dat deze verstoringen in de loop der tijd vervagen, de productie herstelt en de lowflation wereld van vóór de pandemie terugkeert.
Waarderingen – te hoog of ongeveer gemiddeld?
Als je kijkt naar maatstaven als koerswinst, lijken aandelenmarkten duur. Is dit echt het geval of is het dit keer anders? Een alternatieve manier om de situatie te beoordelen is te kijken naar de aandelenrisicopremie (ERP). Vandaag de dag ligt de ERP boven het gemiddelde van 5,2%, wat suggereert dat de waarderingen van de Amerikaanse S&P 500 index op zijn minst reële waarde zijn, zo niet beter.
De invloed van de rente op waarde- en groeiaandelen
Bewegingen in de inflatieverwachtingen en de reële rente zijn belangrijke aanjagers van het relatieve rendement van de groei- en waardestijlen. Na weer een op verkrapping gerichte toon van de Amerikaanse Federal Reserve in november, stegen de marktverwachtingen voor het toekomstige niveau van de fed funds rente, wat bijdroeg aan de recente daling van groeiaandelen. Aangezien kan worden verwacht dat de voor de inflatie gecorrigeerde rentes verder stijgen, kunnen groeiaandelen onder druk blijven staan.
Op een vergelijkbare manier correleerde de relatief vlakke prestatie van Amerikaanse waardeaandelen de afgelopen maanden met een (tot voor kort) stabiele inflatie. Nu de inflatieverwachtingen aantrekken, kunnen waardeaandelen enige winst boeken.
Inflatie en marges
Het is mogelijk dat de inflatieverwachtingen als gevolg van de krapte in de aanbodketen en op de arbeidsmarkt tijdelijk zullen zijn. Er zijn voorzichtige tekenen dat de druk in delen van Azië afneemt.