Randy Pattiselanno
Column
Opinie

Wordt de Europese Retail Investment Strategy gegijzeld door het provisieverbod?  

Naar verwachting ontvouwt de Europese Commissie (EC) op 24 mei haar definitieve plannen voor de Europese Retail Investment Strategy (RIS), maar de contouren ervan zijn al ‘gelekt’. De discussie rond de RIS werd afgelopen tijd gedomineerd – of misschien wel gegijzeld – door de vraag of de EC haar voornemen om een volledig provisieverbod in te voeren, durft door te drukken.

De verantwoordelijke EU-commissaris Mairead McGuinness sprak zich echter op 27 april tijdens het Eurofi High Level Seminar in Stockholm al uit: er wordt geen volledig provisieverbod ingevoerd. Wel waarschuwde ze dat er iets anders voor in de plaats komt. 

Contouren RIS 

De EC is al een tijd bezig met het formuleren van de RIS; in mei 2021 publiceerde zij een uitgebreide consultatie hierover. De gedachte achter de RIS is de toegang van de retailbelegger tot de Europese kapitaalmarkten te verbeteren. Eén van de onderdelen waaraan de EC lange tijd dacht was het invoeren van een volledig provisieverbod, zoals het voorbeeld van Nederland en het Verenigd Koninkrijk.

De verwachting daarbij is namelijk dat de kosten voor de retailbelegger flink dalen en dat kan de toegang voor de mass-retailbelegger verbeteren tot de kapitaalmarkten. Een voornemen tot een volledig provisieverbod zorgt alleen voor veel weerstand vanuit de rest van de Europese markt, grote lidstaten en het Europees Parlement. Vanwege deze weerstand heeft de EC toch afgezien van het invoeren van een volledig provisieverbod, maar zet zij wel in op onder andere een provisieverbod voor execution-only-dienstverlening en meer prijsregulering via product goverance-regels. 

Prijsregulering?  

Voor langere tijd hadden we vanuit de Nederlandse markt misschien niet veel belang bij de discussie over een volledig provisieverbod in Europa, aangezien we dit in Nederland toch al kennen. Behalve dan het belang van de Nederlandse financiële sector bij een Europees ‘level playing field’. Nu echter een volledig provisieverbod geen onderdeel uitmaakt van de RIS, komen er mogelijk ook onderdelen in de RIS die gevolgen hebben voor de Nederlandse markt.

Het lijkt erop dat de EC als ‘uitruil’ met andere maatregelen komt, waar we in Nederland misschien niet op zitten te wachten. Een van de maatregelen die de EC in de ‘gelekte’ teksten verwerkte, is de uitwerking van het ‘Value for Money’-concept. De teksten lijken nu kort gezegd neer te komen op ‘prijsreguleringsvoorschriften die verwerkt worden in aangescherpte Markets in Financial Instruments Directive (MiFID)-product governance-regels, maar kennelijk ook in Undertakings for Collective Investment in Transferable Securities (UCITS) en Alternative Investment Fund Managers Directive (AIFMD).

Voorschriften die erop zijn gericht om kosten van vooral Packaged Retail and Insurance-based Investment Products (PRIIPs)-producten te rechtvaardigen, waarvan de kosten worden afgezet tegen een door de Europese toezichthouders te bepalen benchmarks; aldus de gelekte tekst. Misschien is de aanscherping niet zozeer bedoeld voor de Nederlandse markt vanwege de lagere kosten die we hier al hebben, maar Nederland valt natuurlijk wel binnen scope van de EU-regelgeving.    

Vereenvoudigd advies 

Uiteindelijk gaat het om het verbeteren van de toegang van de mass-retailbelegger tot de kapitaalmarkten. Kosten spelen een belangrijke rol, maar voor de Nederlandse markt is het van belang dat de RIS drempels wegneemt voor mensen om te gaan beleggen. Onderdeel daarvan is het oplossen van de ‘advisory gap’. Belangrijk daarbij is om te kijken naar de obstakels die vermogensbeheerders ondervinden bij het uitvoerig inwinnen van cliëntinformatie bij het geven van advies of het aanbieden van individueel vermogensbeheer. Denk daarbij aan een basisuitvraag als een mass-retailbelegger bijvoorbeeld met relatief kleine bedragen belegt in goed gespreide beleggingsproducten. De gelekte RIS-tekst lijkt nu wel een soort van vereenvoudigd advies te introduceren, vooral gericht op het verlichten van inwinnen van de kennis en ervaring. Maar de vraag is of dit voldoende is uitgewerkt.

Inspiratie had opgedaan kunnen worden bij de Financial Conduct Authority (FCA) die vorig jaar november een uitgebreide consultatie publiceerde over ‘core investment advice’. De FCA heeft veel meer werk gemaakt van het toegankelijk maken van advies. Als je het hiermee vergelijkt dan komt het vereenvoudigd advies, zoals wordt voorgesteld door de EC, er bekaaid vanaf. Hieruit blijkt wel dat de EC meer bezig was met het provisieverbod en prijsregulering van financiële producten, dan het daadwerkelijk wegnemen van obstakels voor retailbeleggers tot de kapitaalmarkten.  

Randy Pattiselanno is Manager Strategy & Regulatory Affairs bij de Dutch Fund & Asset Management Association (DUFAS).