Edin Mujagic
Column

ECB: Eeuwige Convergentie Bank

Het einde van de winter en het begin van de lente betekenen veel dingen. Een ervan is dat de jaarlijkse ‘ECB and Its Watchers’-conferentie in Frankfurt plaatsvindt. Uit alle windstreken strijken economen, analisten en academici neer in de monetaire hoofdstad van Europa om met elkaar en vele ECB-bestuurders over ECB-beleid te praten.

Zoals altijd opende ook dit jaar de ECB-president deze monetaire jamboree. Christine Lagarde schetste de omgeving – het mag duidelijk zijn, echt feestelijk is het allemaal niet begonnen die zonnige dag in Frankfurt – en zei onder meer dat te midden van de enorme onzekerheid het belangrijker dan ooit is om voor prijsstabiliteit te zorgen. De centrale bank moet de onzekerheid proberen de reduceren, niet vergroten. Ferme en bovenal welkome taal van de ECB-aanvoerder. Was ze toen maar gestopt!

Want daarna begon de bekende, monetair softe Lagarde toch te domineren. Een en ander betekent niet, aldus de Française, dat de inflatie altijd 2 procent zal bedragen. De ECB moet er wel altijd voor zorgen dat de inflatie naar het streefpercentage van 2 procent per jaar convergeert.

Hoeveel vertrouwen je kunt hebben dat dit convergeren redelijk snel zal plaatsvinden, ervaren we aan den lijve sinds 2021. In dat jaar is de inflatie veel te hoog geworden en anno 2025 zijn we nog steeds aan het convergeren en dat blijft zo tot zeker 2026 zo niet 2027, zo liet de ECB ons weten na de rentevergadering eerder deze maand.

Ik weet het, de ronkende state-of-the-art economische modellen van de bank voorspellen dat de inflatie over hooguit twee jaar geconvergeerd zal zijn. Maar twee dingen moet ik daarover toch even kwijt.

In de eerste plaats dat we al wel erg lang – sinds 2021 namelijk – keer op keer te horen krijgen dat de inflatie binnen circa twee jaar terug zal zijn op 2 procent. Waarna telkens weer het bereiken van die monetaire heilige graal wordt uitgesteld.

In de tweede plaats – en dat verklaart het bovenstaande – moet gezegd worden dat die ronkende modellen zodanig gebouwd zijn dat inflatie altijd naar 2 procent zakt. Ze zijn zo gebouwd omwille van de stabiliteit ervan. Het na een jaar of twee convergeren van de inflatie naar 2 procent is daarmee niet zozeer een voorspelling van dat model, maar een ingebouwde feature ervan! Zoals Axel Weber, de gedoodverfde opvolger van Mario Draghi destijds (die er toch geen zin in had), zei tijdens de conferentie: een model mag state-of-the-art zijn, dat wil nog niet zeggen dat het ook een goed model is.

Het was overwegend serieus in Frankfurt, maar toch was er ook humor gedurende de dag. Zelfs bij Lagarde. Hoewel… humor… ik vatte het maar als humor op, terwijl zij het wel degelijk serieus bedoelde. Lagarde zei namelijk dat hoe de ECB gereageerd heeft op de hoge inflatie sinds 2021 de Europeanen het vertrouwen moet geven dat de bank altijd al het nodige zal doen om voor prijsstabiliteit te zorgen. Zeg nou zelf, dat is toch humor van de bovenste plank!

Het moet wel humor zijn, aangezien de inflatie sinds 2021 te hoog is en waarschijnlijk een groot deel van de tweede helft van dit decennium te hoog zal blijven. Het moet humor zijn, aangezien meerdere academische economen in hun presentaties tot de conclusie kwamen dat de ECB veel te laat in actie kwam. Ik voeg eraan toe dat de bank vervolgens niet ver genoeg ging in de strijd tegen te hoge inflatie, die strijd te vroeg staakte en zich vervolgens te vroeg ging terugtrekken door de rente te verlagen.

De ECB is structureel te soft tegen inflatie. Ik weet het, ik zeg dat al heel lang, maar juist daarom deed het me goed onlangs te lezen dat een onderzoek van de Duitse Bundesbank dat ook concludeert.

Enkele onderzoekers van die bank hebben met behulp van kunstmatige intelligentie de communicatie van de ECB van 2011 tot en met eind 2024 geanalyseerd, om te proberen de vraag te beantwoorden of de ECB een spreekwoordelijke duif of een havik is. Het eindoordeel: een duif.

Toegegeven, na 2021, het jaar waarin inflatie rap ging stijgen, verandert de toon licht, maar echt stevig havikachtig is de bank nooit geworden. En de enkele haviksveren die er toen te spotten waren, waren al snel weg: in 2024 zwakt de communicatie weer af naar de ‘duifstand’, de fabrieksinstelling van de ECB als het ware.

Voor beleggers en de financiële markten is zo’n conclusie best belangrijk. Zij weten nu wat het DNA van de ECB is: de bank is een softie als het aankomt op het aanpakken van inflatie. Trek dat door en je kunt concluderen dat de inflatie in de eurozone eerder te hoog zal blijven, dan te laag.

Edin Mujagić is econoom, beheerder van Beleggingsfonds Hoofbosch en auteur van het boek Keerpunt 1971. Hij schrijft iedere maand voor Investment Officer een ECB Watch over het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank.