Als we in kleuren denken, krijgt de toekomst geen frisse pastelkleur. De toekomst wordt vooral geassocieerd met zorgen en bedreigingen, toekomstige crises en een stagnerende welvaart. Veel mensen zijn zelfs afgehaakt als het om de toekomst gaat.
Dat geldt niet alleen over burgers, maar ook voor beleggers en ondernemers, die de laatste tijd blijkbaar uit gebrek aan toekomstperspectief kiezen voor het korte-termijnrendement, en de investeringen in verduurzaming maar even laten voor wat ze zijn. Ook in de politiek zien we dit terug: een meerderheid in de Kamer lijkt met de rug naar de toekomst te staan, wat resulteert in een kabinet dat hetzelfde doet.
Deze trend is bovendien internationaal zichtbaar. Trump won de Amerikaanse verkiezingen met een nostalgische boodschap. “Make America great again” gaat niet over de toekomst, maar over een geïdealiseerd verleden dat nooit echt heeft bestaan.
Waar doen we het nog voor?
Zonder een positief toekomstperspectief wordt het leven als minder zinvol ervaren en een stuk minder leuk. Dit effect zien we duidelijk bij de jongste generatie. De mentale gezondheid van jongeren gaat in zorgwekkend tempo achteruit, zoals het RIVM onlangs nogmaals heeft vastgesteld. De jeugd speelt in deze de rol van kanariepiet in de kolenmijn.
De samenleving kan niet mentaal gezond functioneren zonder een vertrouwenwekkend toekomstperspectief. Wanneer de vraag “waar doen we het nog voor?” de overhand krijgt, stopt ook het investeren: in onszelf, in de gemeenschap en in de economie. Dan valt ook het geloof weg in het belang van samenwerken, van internationale diplomatie, in het op de wereld zetten van kinderen.
Kerst is een feest van hoop
Bijzonder om in deze column een verwijzing te maken naar een christelijke feestdag! Maar het is half december, en u zou de gedachte ook kunnen plakken op elke andere midwintertraditie. Die gedachte is dat de gemeenschap met elkaar de toekomst viert. Hoe armoedig de omstandigheden van een baby ook zijn, de glorierijke toekomst van de wereld wordt eraan opgehangen. Of anders: weten dat er nog een hele winter aan zit te komen, met veel duisternis, kou en ontberingen, maar daaraan voorbij gedacht komt alweer een voorjaar in zicht met nieuw leven en nieuw welzijn.
Deze gedachte is in onze westerse samenleving enigszins weggesleten; kerst draait nu vooral om consumptie. Toch is het waardevol om in zulke termen te blijven denken. De uitdagingen zijn groot, maar we werken aan een toekomst in frisse pastelkleuren!
Wie levert een aansprekend toekomstbeeld?
Er wordt te weinig systematisch over de lange termijn nagedacht. Er zijn vergezichten over de klimaatdreigingen, over uitputting van de landbouwgronden en andere bedreigingen. Maar er bestaat nauwelijks een beleidsagenda voor de lange termijn, die een mooi toekomstperspectief schets en zegt: daar gaan we naartoe!
In dat opzicht was de recente poging van het Centraal Planbureau om lange-termijnscenario’s te maken ook heel teleurstellend. Het leverde niet meer op dan een heel partiële schets van het effect van eenzijdige economische keuzes, en geen enkel beeld van een samenleving waarvoor het de moeite waard is om voor te leven en te werken.
Ook het recente Draghi rapport over de Europese economie zou ik eerder als defensief en als een oproep tot “damage control” willen beschrijven, dan als een schets hoe aantrekkelijk het leven in Europa kan worden. Dit versterkt het beeld van Europa als het “Avondland,” een continent in verval. Ik verdenk heel veel ondernemers ook van dat beeld van Europa.
Make the future of Europe (and the rest of the world) great again!
De MAGA-slogan van Trump laat de Amerikanen met de rug naar de toekomst en de rest van de wereld staan. Een slogan kan echter wel bijdragen aan het vinden van het juiste verhaal en het beleid dat ons leidt naar een aantrekkelijke toekomst. Dit is hard nodig om de mentale gezondheid van onze jeugd een positieve impuls te geven en de samenleving weer mentaal gezond te maken.
Daar zullen we wel met z’n allen aan moeten werken, aan een positief toekomstbeeld en aan de geloofwaardigheid daarvan. Dan moeten we de transities waar we inzitten serieus nemen en zo snel mogelijk afronden. Dan kan de politiek de investeringen in het onderwijs niet meer achterwege laten. Dan kunnen beleggers zich niet meer als korte-termijn winstjagers etaleren, maar moeten ze echte investeerders worden. Dan moeten consumenten ook beseffen dat zij met de consumptie van vandaag een impact op de wereld van morgen maken.
Midwinter moet ons niet laten terugverlangen naar de afgelopen zomer, maar naar het voorjaar dat voor ons ligt. Laten we dat voorjaar eens gaan schetsen!
Bernard ter Haar heeft als topambtenaar gewerkt op de ministeries van Financiën en SZW. Op dit moment is hij bestuurder bij NLFI. Ter Haar schrijft maandelijks voor Investment Officer over de relatie tussen overheid en markt.